.

Pretestmethodes

Pretestmethodes zijn te verdelen in twee groepen:
  • (Tekst)beoordeling: respondenten geven een oordeel over tekst, beeld of andere aspecten. Ze geven dus heel direct aan wat ze aanspreekt, wat niet, wat ze niet begrijpen en dergelijke. Dit levert heel concrete aanwijzingen op voor verbeteringen. Nadeel is dat de methode weinig informatie geeft over het effect. Het komt bijvoorbeeld regelmatig voor dat respondenten aangeven een onderdeel gemakkelijk te begrijpen, terwijl bij doorvragen blijkt dat er toch misverstanden bestaan. Een bekende methode van tekstbeoordeling is de plus-min methode.
  • Effectmeting: door middel van gerichte vragen, opdrachten en/of observatie ontstaat een indicatie van het effect: begrijpen respondenten de boodschap, zijn ze van plan actie te ondernemen, etc. Tegenover het voordeel van informatie over het effect staat het nadeel dat deze informatie niet onmiddellijk leidt tot suggesties voor aanpassingen.
Iedere methode heeft dus voor- en nadelen. Voor een optimaal effect wordt in de praktijk vaak een combinatie van methodes gebruikt.




vervolg

.
Overzicht pretestmethodes:

Geschikt voor:
beoordeling
effectmeting
gericht vraaggesprek
+
+
plus- en minmethode
+
-
hardopdenk of -werkmethode
-
+
observatie
-
+
schriftelijke enquete
+-
+-
groepsinterview
+
+

Sommigen zien leesbaarheidsformules, zoals de bekende Flesch-Douma test, als een goedkoop en snel alternatief voor een pretest. Het nut van deze formules is echter uiterst beperkt. Een pretest is vele malen waardevoller.

Het meest gebruikt:

  • voor het testen van teksten: een combinatie van gericht vraaggesprek en plus-min methode;
  • voor tv-spots: observatie plus gericht vraaggesprek;
  • voor websites: registratie via de computer, hardopdenkmethode, gericht vraaggesprek. Het testen van sites staat methodisch gezien nog in de kinderschoenen.
Uitleg over de plus-min methode.


© Copyright wijzer 2003


vervolg

vervolg

.

Welke stappen kent het uitvoeren van een pretest?

  1. Formuleren van de onderzoeksvragen: Dit is een heel belangrijke stap: hoe scherper en helderder de onderzoeksvraag, hoe beter bruikbaar de resultaten. Een goede onderzoeksopdracht bestaat uit de volgende onderdelen:
    • achtergrond: aanleiding en doel van de communicatiecampagne, plaats van het te testen medium in de campagne, andere relevante achtergrondgegevens (bijvoorbeeld resultaten van verkennende doelgroeponderzoeken);
    • communicatiedoel van het te testen medium;
    • doel van de pretest en onderzoeksvragen (gaat het vooral om de begrijpelijkheid, of juist om effecten op de houding, zijn er ongewenste neveneffecten, worden weerstanden verwacht?);
    • omschrijving van de doelgroep van het medium;
    • wensen ten aanzien van de steekproef.
    In de checklist vindt u voorbeelden van onderzoeksvragen. Bij het formuleren van de onderzoeksvragen is het noodzakelijk dat een (eerste) concept van het te testen materiaal beschikbaar is.
  2. Werving van respondenten: Hiervoor zijn allerlei mogelijkheden: direct telefonisch benaderen, via advertenties, via persoonlijke contacten, via intermediairen, mensen op straat aanspreken en nog veel meer. Het is belangrijk te zorgen voor voldoende diversiteit, zodat de steekproef bijvoorbeeld niet bestaat uit één vriendengroepje.
  3. Opstellen van vragenlijst, instructie van interviewers, vervaardigen van testmateriaal.
  4. Veldwerk: interviews bij respondenten thuis of op een interviewlocatie. In het laatste geval kan de opdrachtgever, maar bijvoorbeeld ook de tekstschrijver of inhoudelijk deskundige vaak meekijken via een gesloten tv-circuit of spiegelwand. Dit is zeer aan te bevelen!
  5. Verwerken van gegevens: (doorgaans invoeren in computer).
  6. Analyse en interpretatie: een essentieel onderdeel, omdat het vertalen van de uitkomsten naar concrete aanbevelingen voor verbetering een sleutel is voor een succesvolle pretest. Er kan niet worden volstaan met de constatering dat bijvoorbeeld de helft van het aantal respondenten een passage niet begrijpt. Het gaat erom hiervoor een verklaring te vinden. Bovendien kan ook een opmerking van een enkele respondent waardevol zijn en aanleiding tot verbeteringen. Ieder resultaat moet dus op zijn eigen merites worden beoordeeld.
  7. Rapportage: meestal schriftelijk, soms aangevuld met een mondelinge presentatie. Belangrijk is een goed onderscheid tussen onderzoeksresultaten en aanbevelingen. Bij grote tijdsdruk is er vaak eerst een mondelinge presentatie (soms zelfs onmiddellijk na afsluiten van het veldwerk) met daarna een schriftelijke rapportage.


© Copyright wijzer 2003


vervolg

vervolg

.



Overzicht pretesten - Waarom pretesten - Voorbeelden resultaten - Methoden - Pretesten stap voor stap - Vragen en antwoorden - Bronnen - Wijzer en pretesten
--


vervolg

vervolg